Inleiding
Het omgevingsplan is het belangrijkste kerninstrument van de Omgevingswet. Vanaf de inwerkingtreding van de Omgevingswet – gepland op 1 januari 2022 – worden alle bestaande bestemmingsplannen aangemerkt als omgevingsplan. Daarin worden ook rijksregels uit bijvoorbeeld het Activiteitenbesluit opgenomen, de zogenaamde bruidsschat. Daarmee beschikken alle gemeenten onder de Omgevingswet van rechtswege over één (tijdelijk) omgevingsplan voor de hele gemeente.
Bij het opstellen van een omgevingsplan staat een gemeente voor een groot aantal beleidskeuzes zoals:
- Moeten er regels worden gesteld voor activiteiten?
- Is de activiteit direct toegestaan of moet er een vergunning- of meldingsplicht gelden?
- Gelden de regels voor het hele grondgebied?
Hoe gaat dit in de praktijk ingevuld worden?
Inhoud en resultaat
In deze cursus wordt bekeken hoe dat (tijdelijke) omgevingsplan er uit ziet en welke aspecten van belang zijn bij het omzetten naar een echt omgevingsplan.
Alle juridische aspecten van het omgevingsplan komen daarbij aan de orde:
- Wat zijn de verschillen met het huidige bestemmingsplan,
- Welke regels en onderwerpen komen er in het omgevingsplan, en
- Welke aspecten zijn van belang bij de omzetting naar een echt omgevingsplan?
Zo krijgt een omgevingsplan meer het karakter van een verordening en biedt dit meer mogelijkheden voor globaler bestemmen en uitnodigingsplanologie.
In het omgevingsplan worden ook milieunormen opgenomen. De normen voor bijvoorbeeld geluid en geur worden niet langer meer in het milieuspoor geregeld, zoals nu in het Activiteitenbesluit of een omgevingsvergunning milieu, maar direct in het omgevingsplan. De concrete milieubelasting van een (bedrijfs)activiteit is bepalend of die activiteit op een bepaalde locatie past. Hierdoor is voor een burger, projectontwikkelaar of adviseur direct zichtbaar of een ontwikkeling kan worden gerealiseerd. De gebruiksruimte wordt toegelicht aan de hand van het aspect geluid. Hierbij komt ook de mogelijkheid voor het verlenen van een vergunning voor afwijking van het omgevingsplan aan de orde.
Een ander belangrijk onderwerp is de overgang van een tijdelijk naar een volwaardig omgevingsplan. De gemeente moet alle regels uit bestemmingsplannen en lokale verordeningen die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving stapsgewijs gaan verhuizen naar één gebiedsdekkend omgevingsplan. Maar wat doe je in overgangsfase? Hoe handel je dan?
De wetgever noemt dit niet voor niets de grootste uitdaging voor de gemeenten onder de Omgevingswet.
Doelgroep
Deze cursus is enerzijds bestemd voor planjuristen en bestuursrechtjuristen en betrokken beleidsmedewerkers van overheden (met name gemeenten) en anderzijds voor de markt: projectontwikkelaars, adviesbureaus, advocaten, etc.